In een publicatie in het British Journal of Psychiatry (1) worden de resultaten gerapporteerd van een onderzoek in een Engelse jeugdgevangenis naar de gevolgen voor agressief gedrag van suppletie met een voedingssupplement met daarin de dagelijks benodigde hoeveelheden vitaminen en mineralen. Daarnaast werden ook vier capsules gegeven met daarin essentiële vetzuren.
Het is bij de mens erg moeilijk om goede onderzoeksomstandigheden te creëren voor voedingsonderzoek en het is ethisch minder verantwoord om de omgevingsfactoren te standaardiseren dan bij onderzoek op proefdieren. Dit onderzoek was echter uitstekend opgezet, het was gerandomiseerd, placebo gecontroleerd en dubbelblind. In de groep met supplementen nam het aantal geweld delicten met 35% af. De placebo groep liet nauwelijks een reductie zien. De kosten van de suppletie waren ongeveer Euro 1,50 per persoon per dag. Ongeveer de kosten van een kopje koffie in een café of een paar sigaretten.
De onderzoekers zijn de mening toegedaan, dat ook het gewelddadig en asociaal gedrag buiten de gevangenis, zoals onveiligheid op straat, zinloos geweld en voetbalvandalisme mede is toe te schrijven aan tekortschietende voeding.
Buiten de gevangenis vermoeden zij eerder een veel sterker verband, omdat leef- en voedingsomstandigheden in de gevangenis beter en zeker regelmatiger zijn.
De onderzoekers halen een onderzoek aan van Schauss in het Journal of Orthomolecular Pschychiatry in 1978 naar de recidive. Voedingsvoorlichting voorkwam meer recidive dan conventionele proeftijdprogramma’s.
Het boekje “Honger naar Geweld” van Gert E. Schuitenmaker geeft in kort bestek een goed inzicht van wat tot op heden bekend is over het verband tussen voeding en fysieke en geestelijke gezondheid, intellectuele ontwikkeling en agressie in onze Westerse maatschappij. Een aantal kernpunten worden onderstaand kort samengevat.
Het resultaat van verbeterde voeding in Amerikaanse jeugdgevangenissen
Verbetering van de voeding in Amerikaanse jeugdgevangenissen bleek volgens onderzoek van Schoentaler te resulteren in een verbetering van het gedrag. Asociaal en agressief gedrag, gevechten en bedreigingen namen onder 8076 gevangenen met gemiddeld 47% af, nadat de voeding was verbeterd. Deze werd als volgt verbeterd:
- Gezoete ontbijtgranen werden vervangen door granen zonder toegevoegde suikers.
- Frisdranken werden vervangen door vruchtensappen.
- Geraffineerde graan producten werden vervangen door volwaardige graanproducten.
Witbrood werd bijvoorbeeld vervangen door volkorenbrood. - Voorverpakt snoepgoed werd vervangen door vers fruit, verse groenten en noten.
Hierdoor werd de consumptie van toegevoegde industrieel geproduceerde suikers in het dieet sterk verminderd en werd het aandeel industrieel bewerkt voedsel teruggebracht ten gunste van onbewerkt of minder bewerkt voedsel.
Er wordt niet gesproken over de teeltwijze van de geconsumeerde granen, groenten, noten en fruit. We mogen aannemen, dat deze op een gangbare manier verbouwd zijn, dus met gebruik van kunstmest en pesticides. Zij zijn dus waarschijnlijk niet biologisch of biologisch dynamisch verbouwd.
Het resultaat van verbeterde voeding in 803 Amerikaanse scholen
Op 803 scholen in New York werden studieresultaten en leerstoornissen onderzocht voor en na de verbetering van de voeding, die door de scholen verstrekt werd. Het school ontbijt en de school lunch werden als volgt verbeterd:
- Er werd geen voeding meer versterkt met meer dan 11% toegevoegde suiker.
- De voedingmiddelen met veel suiker werden vervangen door voedingsmiddelen met relatief veel vitaminen en mineralen per calorie.
- Het percentage industrieel bewerkte voedingsmiddelen werd teruggebracht.
- Voedsel met kunstmatige kleurstoffen, smaakstoffen en andere toegevoegde synthetische stoffen, werden niet meer verstrekt.
Na invoering van de verbeterde voeding werd een verbetering van de studieresultaten gemeten van 16%. Het aantal leerlingen met een leerstoornis was voor verbetering van de voeding iets meer dan 10%. Na verbetering van de voeding liep dit terug naar 5%. Voordat de voeding werd verbeterd scoorde de scholen waar veel ontbijten en lunches werden verstrekt slechter op de studieprestatietest vergeleken met scholen waar minder ontbijten en lunches werden verstrekt. Nadat de voeding was verbeterd was dit omgekeerd. De scholen waar veel ontbijten en lunches werden verstrekt scoorden beter.
Verder onderzoek
Uit onderzoek van Schoentaler bij jeugdige en volwassen criminelen naar de dagelijkse gemiddelde inname van 13 vitamines en 11 mineralen bleek dat criminelen met het slechtste gedrag ook de laagste hoeveelheden vitaminen en mineralen consumeerden.
In de periode 1987 – 1998 deed Schoentaler drie onderzoeken naar het verband tussen gedrag en voeding. Deze onderzoeken werden uitgevoerd bij 66 leerlingen van lager onderwijs, 62 tieners in jeugddetentie en 402 volwassen gevangenen. In elke studie vertoonden de personen die voedingssupplementen hadden gekregen significant minder agressief en asociaal gedrag dan de placebo groep. Deze studies gaven de bevestiging van de hypothese dat de verbetering van het gedrag zijn oorzaak vond in de verbetering van de voeding met behulp van voedingssupplementen.
Agressie in Nederland
Schuitenmaker wijst erop dat ook het agressieniveau in de Nederlandse samenleving duidelijk aan het stijgen is. Van 1995 tot 1998 rapporteert het CBS een stijging van het aantal geregistreerde geweldsdelicten met 15% tot ongeveer 1 miljoen gevallen. De agressie stijgt op straat, in het verkeer, op school, bij voetbalwedstrijden, in zwembaden, in de ziekenhuizen en aan de loketten van de sociale dienst. Steeds meer mensen, vooral oudere mensen, zijn bang. Als nieuw en zeer verontrustend fenomeen haalt vooral het zinloos geweld de pers.
Mensen worden tegenwoordig doodgemaakt alleen omdat hun gezicht iemand anders niet aanstaat. Schuitenmaker stelt mijns inziens terecht dat verhoogde repressie door meer politie en strengere straffen niet werkt, omdat dit soort agressie niet rationeel is. Hij wijst erop dat wetenschappelijk is aangetoond dat verbetering van de voeding wel werkt. Niet alleen om de gezondheid en de intelligentie te verbeteren, maar ook om het niveau van agressie omlaag te brengen. Echter, dit betekent tevens dat er iets mis is met ons gebruikelijke industrieel geproduceerd voedsel en dit is een boodschap die de wetenschap, de pers, de politiek en de samenleving nog niet willen horen.
Op basis van het onderzoek van Schoentaler mogen we concluderen dat ook voor de Westerse mens, de voedingsstoffen welke aanwezig zijn in een voeding met veel fruit, groenten en onbewerkte volle granen niet alleen goed zijn voor de gezondheid, maar ook voor de hersenfuncties, het gedrag, de basale intelligentie en de schoolprestaties. Dit ondanks het feit dat de granen, groenten en fruit waarschijnlijk geproduceerd worden op niet biologische wijze. Daarnaast blijkt uit zijn onderzoek ook dat voedingssupplementen een vergelijkbare invloed hebben.
In het tijdschrift Acres USA (2), wordt het onderstaande voorbeeld gerapporteerd van de weldadige invloed die uitgaat van alleen al gezonde voeding op leerlingen.
“De leerlingen van Appleton High School in Wisconsin hebben zich een internationale reputatie verworden voor beschaafdheid. De gangen in de school bieden tegenwoordig een rustig beeld en leraren hoeven niet langer leerlingen aan te pakken die aan het rotzooien zijn. Een tijd geleden was de school duidelijk niet meer te controleren. Sommige leerlingen namen wapens mee naar school. Het hoofd der school werd overspoeld met leerlingen die hij straffen moest.
Dit kwam allemaal ten einde in 1997 toen er een gift van $100.000,- werd gedaan voor de bouw van een keuken en twee koks werden aangesteld. Hierdoor verbeterde het gedrag op school enorm. De leraren schaarden zich ook achter dit project en alle frisdrank en junkfood automaten werden uit de school verwijderd. Tegenwoordig bestaat het menu uit vers fruit en verse groenten, volkoren brood, ter plekke gemaakte soepen en voorgerechten. Er wordt ook een soort energie drankje aangeboden dat bestaat uit vruchtensap, fruit en gemalen lijnzaad. Het lijnzaad bevat de omega-3 vetzuren, die nodig zijn voor een goed functioneren van de hersenen. Kinderen zijn met deze voeding weer in staat om op te letten en het “dat kan ik niet leren syndroom” is verdwenen. Veel studenten hebben dit soort ideeën opgepikt en hebben er voor gezorgd dat ze thuis ook toegepast worden.
Als gevolg van het bovenstaande zijn de schoolresultaten verbeterd. Spijbelen is geen probleem meer. Ook wordt de school niet meer verlaten zonder diploma.
De leraren hoeven hun tijd niet meer hoofdzakelijk te besteden aan het handhaven van de discipline, maar kunnen nu hun energie steken in het geven van les.
Dit gezonde voeding programma wordt nu ook geïmplementeerd in andere scholen in Wisconsin.
Wat Appleton High School betreft worden de volgende resultaten door het hoofd der school gemeld.
Zij spreken voor zich.
Schoolverlaters zonder diploma | 0 |
Verwijderde leerlingen | 0 |
Leerlingen betrapt op drugsgebruik | 0 |
Leerlingen betrapt op het dragen van wapens | 0 |
Zelfmoorden | 0 |
Alle andere gedragsproblemen | 0 |
Gezien de goede resultaten, die bovenstaand geboekt worden met waarschijnlijk conventioneel verbouwde landbouwgewassen, dus met gebruik van kunstmest en pesticides, rijst nu de vraag of het wel nodig is om granen, groenten en fruit biologisch of biologisch dynamisch te verbouwen in het belang van een goede gezondheid. Hierin geeft de onderstaande literatuurstudie inzicht.
Mike Gutknecht heeft een vergelijkend literatuuroverzicht geschreven over “De invloed van conventioneel en biologisch geteeld voer op de gezondheid van dieren”. In deze studie worden acht publicaties beschreven waarin de invloed van conventioneel voer versus biologisch voer op de gezondheid van dieren onderzocht wordt. De eerste publicatie dateert uit 1931 de laatste uit 1993.
- Zijn conclusies zijn als volgt:
Vruchtbaarheid:
De vruchtbaarheid van biologisch gevoede dieren is beter (stieren en koeien), het aantal jongen is hoger (muizen, konijnen). In de volgende generatie is de drachtigheidsgraad hoger (konijnen) en er is een hogere legcapaciteit en een betere uitbroedbaarheid van eieren (kippen).
Weerstand:
Minder (infectie)ziekten (konijnen), minder stofwisselings-, digestie- en klauwproblemen (koeien) en beter regenbestendigheid (kippen).
Groei:
Grotere gewichtstoename en zwaardere eieren (bij Pfeiffer 1934) pas in het tweede jaar (kippen), betere gewichtsregulatie tijdens en na het zogen (ratten) en betere groei van gewassen na bemesting met de mest van biologisch gevoede kippen.
Kwaliteit:
Betere houdbaarheid (eieren van kippen), betere smaak bij bemeste gewassen (mest van kippen).
De verschillen zijn niet in alle gevallen statistisch significant, maar wijzen wel allemaal in dezelfde richting. Op basis van deze studie mogen we concluderen, dat biologisch of biologisch dynamisch verbouwde gewassen beter zijn voor de gezondheid, dan conventioneel verbouwde gewassen.
Het onderzoek van Schoentaler toont mijns inziens aan dat conventioneel verbouwde gewassen, die alleen thuis bewerkt worden, weer beter voor de gezondheid zijn dan de industrieel bewerkte producten van de voedingsmiddelen industrie, zoals we die normaal eten.
Gutknecht merkt tot slot op dat in een aantal onderzoeken, de gehalten aan voedingsstoffen van het conventioneel geteelde voer identiek waren aan die van biologisch of biologisch dynamisch geteeld voer.
Een verklaring voor eventuele verschillen in gezondheid tussen de onderzochte groepen proefdieren zou dus niet gezocht moeten worden op een “stoffelijk” niveau, maar zou kunnen liggen in een verschil in de “innerlijke” kwaliteit van het voer.
De Française Jeanne Rousseau (3) wijst er in dit verband op dat met kunstmest en pesticiden verbouwde landbouwgewassen vergeleken met biologisch verbouwde gewassen, in het algemeen duidelijk geoxideerder en basischer zijn. Met andere woorden het gehalte aan elektronen (e-) en protonen (H+) van biologisch verbouwde landbouwgewassen is duidelijk hoger. Verder wijst zij erop dat de kiemkracht van biologisch verbouwd graan veel hoger is dan bij regulier verbouwd graan. De kiemkracht van de graankorrel hangt ook weer samen met de hoeveelheid elektronen in de korrel. Dit kan gemeten worden door de mate van reductie van de graankorrel te bepalen. Reductie is het omgekeerde van oxidatie. Het proces van oxidatie is het verlies van elektronen.
Al met al zijn er dus nog steeds conventionele meetbare factoren, zoals zuurgraad en de mate van oxidatie versus reductie aan te wijzen, die het verschil voor de gezondheid tussen conventionele en biologische voedergewassen zouden kunnen verklaren. De concentraties protonen en elektronen in een stof zijn mede maatgevend voor de elektrische en para of diamagnetische eigenschappen van de stof in kwestie. Dit zijn inderdaad geen stoffelijke eigenschappen meer, maar eerder energetische eigenschappen. In deze zin zouden we kunnen begrijpen wat Gutknecht bedoelt met de “innerlijke” kwaliteit van biologische voedergewassen. Het zou dan kunnen gaan om de energetische kwaliteit van deze gewassen.