Vrije keuze speelt zich af in celdeling, als een voort-durend (tijd(fractal))proces.
We hebben niet alleen te maken met de individuele keuze per unieke cel.
We hebben ook te maken met het gegeven dat elke gemaakte keuze startpunt is voor een volgende keuze.
Maar ook, dat gezondheid en vitaliteit bepaald wordt door de samenhang in de opeenvolgende keuzen.
In het diagram van de tijd-fractal zien we dat een cel zich in de tijdlijn vertakt tot twee cellen.
We zien ook dat elke lijnstuk zich verlengd; vergelijk het met de golflengteverlenging in Deel 1.
Ook zien we dat vanuit de vertakkingen clusters ontstaan: groepen van relaties (‘kringen’).
Hetzelfde zien we ook in de interacties tussen relaties van individuen met vrije keuze.
In het toenemen van de complexiteit zien we ook hier (weer) een afname van het bewustzijn.
Een individu kunnen we schematisch weergegeven als een punt; een relatie als een lijnstuk.
Een groep kunnen we op diezelfde manier weergeven als een kring van lijnstukken: een driehoek.
En op dezelfde manier is een tetraëder dan een bruikbaar symbool voor een integraal netwerk.
De relatie tussen punt (0D), lijn (1D), driehoek (2D) en tetraëder (3D) is een koppeling in 4 dimensies.
Het is dezelfde relatie als in een draaikolk, waar volume (3D) vanaf oppervlak (2D) via een stroomlijn (1D) door een punt (0D) omkeert.
Dit is ook de relatie tussen cel, orgaan, lichaam en mensheid.
Maar ook de relatie tussen mens, relatie, groep en mensheid.
Het functioneren van een groep is vergelijkbaar met dat van een zenuwknoop in ons lichaam.
We zien steeds de parallel tussen intern functioneren van cellen en externe functioneren van mensen.
Intern zien we: sensors cel, neuron, zenuwknoop, hersenen; extern zien we: individuen, relatie, groep, mensheid.
De logica van het functioneren van een groep, of een zenuwknoop, is die van een 2D vlak.
Als 0D individu heb je een bewuste beleving van vrije keuze, voor je eigen be-beleving.
In een 1D relatie heb je een onderbewuste vrije keuze beleving van de interactie tussen beiden.
In een 2D groep heb je een onbewuste beleving van vrije keuze in het groepsproces.
(In een 3D netwerk is een vrije keuzebeleving van het proces buiten-bewust.).
Als gevolg van de complexiteit verandert niet alleen het bewustzijn maar ook de betrokkenheid.
In feite zijn betrokkenheid en bewustzijn per definitie altijd aan elkaar gerelateerd.
Maar het hangt af van je eigen bewustzijn van je eigen betrokkenheid hoe je dat samenspel be(-)leeft; en daarin wel/niet kiest.
Omgekeerd ook: als niet elk individu in de groep de directe eigen betrokkenheid en vrije keuze in de groep beleeft en be-leeft, dan wordt het gedrag van de groep onverantwoordelijk.
Dit samenspel is bepalend voor ELKE groepsvorm(ing).
Als je niet zelf de verantwoordelijkheid neemt voor de groep, dan wordt de groep onverantwoordelijk.
Dat is hetzelfde wat we zien in religies, regeringen, bedrijven en alle andere groepen.
De enige manier om verantwoordelijkheid te ervaren in een groep, is om zelf die verantwoordelijkheid te nemen/geven/realiseren/verzorgen.